Protestantse Kerk in Nederland
Protestantse Gemeente Oostzaan - Zondag 10.00 uur Kerkdienst in de Grote Kerk!
 
 
Nieuwsbrief PKN Oostzaan - jaargang 1, nr. 6. Nieuwsbrief PKN Oostzaan - jaargang 1, nr. 6.

Overdenking 05 april 2020

Ds. Carola Dahmen

Predikant 
 



Beste mensen,

Als u beschikking heef over een smartphone, heeft u misschien net als ik op uw telefoon de NOS app geïnstalleerd. Op de NOS app is het nieuws steeds te volgen. Op dit moment lees ik vaak de live blog over het Corona nieuws. Je kunt er wel stapelgek van worden. Het is op dit moment een beetje de balans zoeken tussen geïnformeerd blijven en je hoofd af en toe wat rust te gunnen.

Maar voordat de corona uitbraak het nieuws domineerde, keek ik met de NOS app ook af en toe naar de blog 75 jaar bevrijding. Dat is een groot project om een jaar lang het nieuws van 75 jaar geleden te presenteren alsof het vandaag gebeurt. Met aandacht voor de verhalen van mensen om zo de geschiedenis beter te kunnen begrijpen. Zeker voor de mensen die de oorlog zelf niet hebben meegemaakt, blijft het toch van belang om de geschiedenis te kennen en te begrijpen. Opdat het nooit meer gebeurt.

Dat is natuurlijk ook een belangrijk doel van 4 en 5 mei. En het was grootst gepland voor dit jaar. 75 jaar bevrijding vieren. Wat is het vreemd dat alle herdenkingen en festiviteiten rond 4 en 5 mei niet zullen doorgaan dit jaar, juist dit jaar. Ik vind het nog steeds heel onwerkelijk wat er op dit moment gebeurt.

Naast 75 jaar bevrijding is dit ook het Bonhoeffer jaar. Want net voor het einde van de tweede Wereldoorlog is de theoloog en predikant door de SS geëxecuteerd. Dietrich Bonhoeffer was onderdeel van de “Beleidende Kirche”, die kerk of beweging in Duitsland die tegen het nationaalsocialisme opereerde. Op 9 april, dit jaar valt dat op Witte donderdag, is zijn dood 75 jaar geleden.

Als theoloog en predikant had Bonhoeffer al enige bekendheid, maar door zijn verzetswerk tijdens de tweede wereldoorlog en de teksten en brieven die hij tijdens zijn gevangenschap heeft geschreven, is hij wereldberoemd geworden. Opgepakt werd hij in 1943, doordat hij betrokken was bij de hulp aan Joden om naar Zwitserland te vluchten. Pas later, toen hij al in gevangenschap was, kwam ook zijn betrokkenheid bij de mislukte moordaanslag op Hitler aan het licht. Hoogverraad en zo werd hij drie weken voordat het concentratiekamp Flossenbuerg bevrijd werd, opgehangen. Er wordt gezegd dat zijn laatste woorden, toen hij uit zijn cel werd gehaald zijn geweest: “Dies ist das Ende, fuer mich der Beginn des Lebens”, dit is het einde, voor mij het begin van het leven.

Jesaja 50 maakt deel uit van de teksten over de zogenaamde lijdende knecht van de Heer. Wie deze knecht was, dat is niet duidelijk. Soms wordt gezegd dat het om een profeet, de zogenaamde tweede Jesaja, gaat. In de teksten over de lijdende knecht lijkt het soms om een individu te gaan, soms om een collectief en dat collectief wordt geïdentificeerd met het volk Israël. “Mijn dienaar ben jij. In jou, Israël, toon ik mijn luister” (Jes. 49:3) Zoals het volk Israël leed tijdens de Holocaust, zo lijdt het volk steeds weer, wordt het steeds weer als zondebok afgeschilderd. Ook in de tijd toen de tekst van Jesaja 50 ontstond, had het volk te lijden. Het land was geplunderd en verwoest. Velen, die de aanvallen van Assyrië en Babylonië hadden overleefd, werden in Ballingschap weggevoerd. Het volk lijdt, de knecht des Heren lijdt. Het is ten hemel schrijnend.

Tijdens de leerhuisavond die we in februari in de Grote Kerk hebben gehad en toen we precies deze tekst van Jesaja met elkaar bespraken, dachten we erover na, wie we in de geschiedenis nog meer als een soort lijdende knecht kunnen zien. Martin Luther King noemden we, maar ook Mahatma Gandhi. Er werden ook mensen genoemd die door hun geloof bespot worden of die in moeilijke omstandigheden leefden. Moeder Theresa bijvoorbeeld en tegenwoordig kun je misschien ook Greta Thunberg in het rijtje voegen die vanwege haar acties tegen klimaatverandering bespot wordt.

Ook Dietrich Bonhoeffer past natuurlijk in het rijtje van mensen die vanwege hun geloof in gerechtigheid, liefde en vrede vervolgd werden. Net als Martin Luther King en Mahatma Gandhi is Bonhoeffer gedood omdat hij niet wilde geloven in de rassenleer van de nazi’s, niet wilde geloven in de kracht van de sterkste, eigen volk eerst, bloed en bodem ideologie. Het zijn mensen die zich, bedreigd door de dood, er niet van laten weerhouden om te blijven geloven, te blijven belijden, te blijven leven naar hun idealen.

Jesaja schetst het beeld van iemand die staat voor een heel volk. Een volk dat luistert naar de wijzingen van God, dat wandelt op de weg van de Thora. En deze weg, de weg van vrede, is niet altijd een vredige weg. Er geldt niet wie goed doet, goed ontmoet. Er is in dit leven vaak geen gerechtigheid, geen genoegdoening. Het leven zit niet zo in elkaar dat je krijgt wat je verdient.

Zoals nu met die corona-uitbraak, het is niet zo dat het een straf van God of van het lot is en dat de rechtvaardigen ziekte niet overkomt. Het virus maakt geen onderscheid tussen mensen.

Jesaja vertelt een paar honderd jaar voordat Jezus geboren wordt over de lijdende knecht, de dienaar van de Heer. Hij luistert naar God. Hij beurt op, opent blinden de ogen, bevrijdt wie gevangen zit, uit duisternis. Hij verheft zijn stem niet, haalt niet zijn gelijk. Hij slaat zich niet op de borst en laat zich gelden, hij is, in tegendeel, onaanzienlijk, gemeden door mensen. Hij krijgt helemaal niets terug voor wat hij doet voor God en mensen. Er staat geen beloning tegenover, hij zal niet in aanzien staan, er valt niet veel te halen met die weg van God. En toch doet hij het, zo vertelt Jesaja het ons.

Wat Jesaja schetst in die lijdende knecht van de Heer is een principe, materiaal voor heiligen, voor voorbeelden van menselijkheid, voorbeelden van goddelijkheid. Het gaat erom jezelf over te geven aan God, het gaat om vertrouwen zonder reserves. En niet alleen jezelf toevertrouwen aan God, maar ook je toevertrouwen aan de mensen om je heen, je toevertrouwen aan het leven zelf. Vertrouwen niet alleen wanneer het goed gaat, maar juist wanneer het tegen zit. Die mensen, de beroemden en zij die geen naam hebben gemaakt, zij die net als de lijdende knecht hun geloof, hun vertrouwen hebben gehouden, voor hen was dat juist in een crisistijd cruciaal. Geloof en vertrouwen, het is misschien juist nu van groot, van essentieel belang voor ons. Want ook wij verkeren in een crisis. En dan is het makkelijk om je idealen te verliezen, om je geloof in een goede God en het vertrouwen in het leven kwijt te raken. Alles wat vanzelfsprekend is, is nu ineens niet meer vanzelfsprekend en dat maakt onzeker. Dat stelt de vraag: kunnen we nog vertrouwen hebben in het leven?

Een paar dagen voor het Pesachfeest, in Jeruzalem, zo’n 2000 jaar geleden. Er is een grote menigte mensen, feestgangers, pelgrims, mensen van heinde en verre. En ze worden toeschouwer en deelgenoot van een obscuur toneel. Een volwassen man komt op een arme-lui beest, op een ezelin met haar veulen, de stad binnen gereden. Dachten de mensen aan de profeet Zacharia die schreef:

Juich, Sion,
Jeruzalem, schreeuw het uit van vreugde!
Je koning is in aantocht,
bekleed met gerechtigheid en zege.
Nederig komt hij aanrijden op een ezel,
op een hengstveulen, het jong van een ezelin.
10Ik zal de strijdwagens uit Efraïm verjagen
en de paarden uit Jeruzalem;
de bogen worden gebroken.
Hij zal vrede stichten tussen de volken.
Zijn heerschappij strekt zich uit van zee tot zee,
van de Rivier tot de einden der aarde.
 (Zach 9:9-10)

Of dachten de mensen daar in Jeruzalem, 2000 jaar geleden, nergens aan. Lieten ze zich gewoon aansteken door de feestvreugde en maakten ze deze man, of ze het wilden of niet, tot een mens in wie je bij uitstek de lijdende knecht van de Heer kon herkennen. Heden Hosanna, morgen kruisig hem.

Jezus rijdt op een ezel Jeruzalem binnen. Een houten kruis dragend op zijn rug, zo zal hij Jeruzalem weer verlaten. En het zal hemzelf niet hebben verbaasd, hij wist al dat Jeruzalem zijn profeten vermoord. En toch kan hij niet anders, wil hij niet anders. Aan zijn God heeft hij zijn hele vertrouwen geschonken. Heeft zichzelf helemaal gegeven, zonder reserves. En zoals Jezus zijn God vertrouwt, zo vertrouwt hij de mensen, want alleen met dat waagstuk, alleen door te leven van vertrouwen kun je echt, werkelijk leven, zo weet Jezus.

En ze jubelen hem toe, de mensen in Jeruzalem. Ze zien in hem een barmhartige, een dienaar van de Heer. Een vredeskoning, geen koning die hoog te paard komt, geen oorlogsbrenger, maar een vredesbrenger. Iemand op ooghoogte, iemand die opkomt voor de armen en kwetsbaren. Iemand van wie ze heil en bevrijding verwachten. Iemand die een eind maakt aan bezetting, aan onderdrukking, iemand die Gods recht, Gods Thora doet. En, dachten ze, die liefde en die vrede, die zal en moet toch nu eindelijk wel komen. Afdwingen desnoods, vrede opleggen, een opstand om de onderdrukten te bevrijden, om de kwetsbaren het recht in handen te geven, om de groten van hun tronen te storten. Een revolutie, daar verlangden ze eigenlijk wel naar.

De dichter Kurt Rose maakte er een gedicht van, van dat verlangen dat de liefde en de vrede nu eindelijk eens afgedwongen wordt. Het is vertaald in het Nederlands, zelfs op muziek gezet onder lied 945 in ons liedboek.
Ja, het liefst zou ook ik, 
als die andere drammers,
God tot ingrijpen dwingen 
met die almacht van Hem;
en ik houd stiekem hoop 
op de heer van de machten,
een reusachtige redder 
van een wereld in nood.
Maar dan klinkt: ‘Zie de mens’ 
en ik kijk in en spiegel
zie het lijden, de onmacht, 
mijn armzalig gezicht
En ik schreeuw, bal mijn vuist: 
ach, wat is dan dat mensje,
zonder redding van boven? 
Brengt een mens ons soms heil?
Ja, het liefst bid ook ik
tot die God om erbarmen
met de ogen naar boven 
met de blik afgewend.
Ik huil mee met het volk, 
ik ben blind met de blinden,
ik ben blind voor het teken 
in een mensengezicht.

Jezus stelt teleur. De mensen die vandaag nog hosanna roepen, hem binnen halen als vredeskoning, die schreeuwen hem morgen aan het kruis.

“Ja, het liefst zou ook ik, als die andere drammers, God tot ingrijpen dwingen, met die almacht van Hem.” Is dat niet ook herkenbaar voor ons, juist nu in deze tijd. Zouden we niet het liefst God tot ingrijpen dwingen, een halt toeroepen aan dit virus, aan de ellende die het teweeg brengt. Een eind maken aan het overlijden van mensen. Beschermen voor ziekte. Behoeden voor sociale en economische misère. Wordt er niet juist nu veel gebeden, om genezing, om het wegnemen van dit virus? En stelt God ons niet teleur? Worden onze gebeden niet verhoord dan? Is het universum dan toch leeg, wij op onszelf geworpen. Kwetsbaar als we zijn. Mensen van de dag.

Jezus komt niet met een legermacht, hoog te paard. Hij laat zijn God niet ingrijpen met bliksem en donder. Hij komt op een ezel. Nederig, met niets in handen. Hij komt alleen met zijn woord, niet zijn stem verheffend, maar waar mogelijk mensen opbeurend. Ja, hij komt genezing brengen, maar niet op commando en misschien een genezing die anders is dan wij verwachten, dan wij willen.  Jezus komt om nabij te zijn, om het licht aan te wijzen, om een andere weg te wijzen. Hij dwingt niets af, het is een wat softe bedoeling. Geen goddelijke machtsgreep zoals we er misschien voor bidden. Hij komt met vertrouwen, met overgave, als een mens, een broeder naast ons.

Lieve mensen, we zijn in een bizarre tijd terecht gekomen. Er is lijden, zoveel lijden. Mensen die ziek zijn en sterven, soms helemaal alleen. Mensen die geliefden moeten begraven en niet eens elkaar met een knuffel kunnen troosten. Mensen die aan huis gebonden zijn, zich vervelen, het sociale leven missen. Mensen in de zorg, tijd, hulpmiddelen, van alles tekort. Zelf gevaar lopen om ziek te worden. Kinderen, scholieren en studenten, thuis, velen die dat niet goed aankunnen. Banen in gevaar, onzekerheid hoe het financieel verder moet.

De situatie waarin we ons nu bevinden is god-zij-dank geen oorlogssituatie. We zijn niet in gevangenschap zoals Bonhoeffer, te midden van oorlog en vernietiging. Het land is niet verwoest en mensen die vermoord en ontvoerd zijn zoals bij Jesaja. We leven nog steeds in een vrij land, ook al voelt dat nu misschien niet zo.

En toch is onze situatie bedreigend en kunnen we erover wanhopig zijn. Niet door wapens, maar door een virus wordt het leven van miljoenen mensen wereldwijd bedreigd. En god-zij-dank is het tot ons doorgedrongen dat dit niet iets is waarover we onze schouders kunnen ophalen omdat het toch alleen maar de zieken, zwakken en ouderen treft. Ervan afgezien dat Corona toch ook voor jonge mensen een bedreiging is, zouden wij onze menselijkheid, onze humaniteit verliezen als we economie boven kwetsbare levens stellen.

Hoe houden we het vol? Hoe houden we vast aan ons geloof, aan het vertrouwen, in God, mensen, in het leven? Hoe houden we het uit met een God die zich door ons niet laat dwingen tot ingrijpen, die zijn macht niet met een almachtige donderslag onder bewijs stelt?

De lijdende knecht van Jesaja, Martin Luther King, Gandhi, Dietrich Bonhoeffer, Jezus die we Christus noemen, ze doen het met vertrouwen alleen. Ook zij voelden zich niet altijd sterk, wanhoopten, huilden. Jezus die in de tuin van Getsemane vraagt om deze beker aan hem voorbij te laten gaan. Die het aan het kruis uitschreeuwt, Mijn God, waarom heb je mij verlaten.

En toch bleef hij gaan. Ging Jeruzalem binnen met lege handen. Nam geen blad voor de mond, zei wat hij moest zeggen tegen vriend en vijand. Waste de voeten van zijn vrienden als een slaaf, als een knecht. Liet zich kussen door zijn verrader. Hij hield het vol met zijn vertrouwen in God. Geen vertrouwen dat God met zijn almacht wel zal ingrijpen voordat het te laat is. Maar het vertrouwen dat God ook in de dood, ook in het graf erbij is en niet laat vallen. Dat God in het einde nieuw leven schenkt.

Geen nieuw leven, geen wonder waarmee alle lijden terug wordt gedraaid. Geen opstanding die de dood ontkent of ontkracht. Maar opstanding naar Gods eeuwigheid, voorbij tijd en ruimte, opstanding in God die voorbij alle grenzen van kennen en weten gaat.

Ik weet niet of wij zo’n groot vertrouwen kunnen hebben. Ik weet ook niet of dat hoeft. We proberen het beste ervan te maken. Omzien naar elkaar, elkaar vasthouden in deze barre tijden. Proberen de goede wegen te gaan. Onze menselijkheid niet verliezen.

En wanneer we zo gaan, zo opstaan in deze tijd, dan gebeurt er misschien wel iets wat tijd en ruimte overstijgt. Dan overkomt ons misschien iets van dat vertrouwen dat Jezus en zo velen anderen voor ons geleefd hebben. Dan komt er die kracht vrij die Jezus liet opstaan uit de dood, de liefde van God voor zijn kind, die zelfs de duisternis van het graf heeft vervuld met licht. Waardoor niemand, geen mensenkind, moet wanhopen. Want God heeft lief, door alles heen. En laat nooit alleen, wat er ook gebeurt. Doet ons opstaan naar het licht. Amen.

Hartelijke groet,
..................................................
Ds. Carola Dahmen
Predikant 
 

Protestantse Gemeente Oostzaan 
Postbus 44
1510 AA Oostzaan
 

 

Regelmatig zal de nieuwsbrief van PKN Oostzaan, door ds. C. Dahmen verschijnen.
Dit is jaargang 1, nr. 6 05 april 2020). Voor meer info: predikant@pknoostzaan.nl

of onze websites www.pknoostzaan.nl en www.grotekerkoostzaan.nl

terug
 
 
 
 

Kerkdienst
datum en tijdstip 21-04-2024 om 10.00 uur

Voorganger:
nog niet bekend



 
meer details

 
Digitale Kerkdienst
14-4-2024 


Ds. Sjaak Visser
 
Agenda Grote Kerk

 

Druk op de afbeelding om
naar de Agenda te gaan.

 
 
Kerkbuurten
april 2024


Deadline volgend nummer:
 23 april 2024
 
Agenda Vrienden van de grote kerk Oostzaan


 
 
 
Protestantsekerk.net is een samenwerking tussen de dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk in Nederland en Human Content Mediaproducties B.V.